Meer windenergie dilemma voor maatschappelijke acceptatie

Er is een landelijk commitment om in 2030 35 TWh energie op duurzame wijze op te wekken. Provinciale Staten in Overijssel heeft haar handtekening ook onder deze ambitie gezet. Uit recente cijfers, van zowel Het Planbureau als van Lector Energietransitie Martien Visser (Hanzehogeschool en Manager Strategie bij de Gasunie) blijkt dat deze landelijke ambitie, met de huidige plannen, naar verwachting wordt gehaald. Dit zijn deels harde plannen (27 TWh en deels plannen die nog niet concreet zijn (52 TWh). 

De VVD wil graag op basis van feiten en cijfers een duidelijk beeld krijgen hoe we er concreet voor staan in Overijssel. Om op basis daarvan te kijken wat de noodzaak is om de volledige opgave, waar wij in Overijssel voor staan om aan de landelijke afspraken te voldoen, te realiseren. Daarom roept zij GS in een motie op te onderzoeken wat de huidige gerealiseerde invulling van de RES Overijssel is en wat er nog in de ‘pijplijn’ zit. Vanuit de beide RES-regio’s ligt momenteel een bod van 60% zonne-energie en 40% windenergie. Om balans op het netwerk te waarborgen en de maatschappelijke kosten en de benodigde ruimte voor de netwerkinfrastructuur te kunnen reduceren is voorgesteld deze percentages om te draaien. 

 

Dit betekent meer windenergie en minder zonne-energie. De VVD is er een grote voorstander van om de kosten zo laag mogelijk te houden maar is wel bezorgd dat dit ten koste gaat van de maatschappelijke acceptatie. Dit leidt tot een dilemma. En de vraag is of dit überhaupt nodig is. Daarom is het belangrijk dat de cijfers boven tafel komen waar we precies staan in Overijssel. Wellicht blijkt de kentering van het aandeel zon versus het aandeel wind niet nodig. Dan hebben een win-win situatie voor wat betreft kosten en maatschappelijk draagvlak!