Na een lang en moeizaam proces is eindelijk dan de kogel
door de kerk: de riettelers in Noordwest Overijssel hoeven geen belasting te
betalen over de subsidies die zij ontvangen voor het beheer van natuur en
landschap. Een prima zaak, vindt VVD-Statenlid Jeannette Rikkink, die over deze
kwestie meerdere malen aan de bel trok.
De riettelers en –snijders leveren een zeer belangrijke
bijdrage aan het in stand houden van het unieke landschap in het gebied, weet
Rikkink: 'Doen ze hun werk niet, dan staat er binnen de kortste keren een
doorsnee bos.'
Ruim twee jaar geleden veranderde echter de manier waarop
zij werden betaald. De telers kwamen klem te zitten tussen enerzijds de fiscus,
en aan de andere kant de grondeigenaren, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer.
'Daardoor dreigde hun inkomen beneden een aanvaardbaar minimum te zakken', zegt
Rikkink, die de kwestie aankaartte bij de provinciale politiek. Met resultaat:
de provincie maakt nog steeds de subsidie over aan de eigenaren, maar die
betalen dat niet meer als loon uit: 'Tachtig procent is voortaan een onbelaste
vergoeding. Tel daarbij de opbrengsten uit de verkoop van riet op, en de telers
verdienen een behoorlijk inkomen, terwijl bovendien de natuurwaarden in het
gebied niet in gevaar komen.'