VVD Overijssel: reactie op het stikstofrapport van Remkes
Wim Tutert: “Laat één ding duidelijk zijn: ik ben het volledig eens met de basis van het stikstofbeleid: ik vind dat we werk moeten maken van stikstofreductie. Maar hoe dan? Nou, ik ben blij met de Overijsselse aanpak. We hebben een goede gedeputeerde, Gert Harm ten Bolscher, we doen het op onze manier en alle partijen praten mee. Want laten we eerlijk zijn: op landelijk niveau was de communicatie drie keer niks. Remkes stipte dat ook nog aan. Dat stikstofkaartje heeft onnodig veel onrust veroorzaakt. Ik vind dat we met het rapport van Remkes, ik ben gematigd positief, toch wat meer naar de Overijssels aanpak gaan: meer oog voor innovatie, elke sector moet meedoen, maatwerk per gebied en meer aandacht voor de sociaaleconomische factoren: het platteland valt of staat met de boeren. En ik vind het ook mooi dat Remkes aandacht had voor de groeiende tegenstellingen tussen stad en platteland. Het zit dieper dan alleen onvrede over stikstof. Ik hoop dat dat besef nu ook doordringt in de Randstad.”
Op Twitter buitelen boeren, politici en activisten alvast over elkaar heen, maar er zijn nog veel dingen niet duidelijk. Want blijft 2030 als doel nou staan of niet? Remkes lijkt de mogelijkheid vrij te houden voor wat afstel. Als er tenminste eerst zo’n vijf- tot zeshonderd piekbelasters worden weggehaald. Tutert ziet dat als winst. “Hij lijkt een achterdeurtje open te houden. Kijk, als we meteen stappen kunnen zetten, wat maakt het dan uit of het uiteindelijk 2032, ik noem maar wat, wordt. We moeten ook inzetten op innovatie. En natuurlijk verloop. Er zijn in Overijssel zoveel boeren die geen opvolger hebben. Als we meer tijd zouden nemen, zou het hier zichzelf oplossen. En ik denk dat de ketens na de boeren, de fabrieken, de supermarkten, ik werk daar zelf ook (Tutert is productontwikkelaar bij Van Loon, een grote vleesverwerker die onder andere levert aan supermarkten, red.), verantwoordelijkheid moeten nemen en de boeren moeten helpen.
Wat donderdag ook nog in nevelen gehuld is, is de vraag wie die vijf- tot zeshonderd piekbelasters zijn? Tutert heeft het geïnterpreteerd als piekbelasters uit alle sectoren, maar dan wel voornamelijk boeren. “En wat zijn piekbelasters? Er zijn volgens mij verschillende definities mogelijk. En dan natuurlijk de vraag: hoever van een natuurgebied mag je zitten? We hebben hier in Overijssel relatief veel Natura 2000-gebieden: 24 stuks. Allemaal plukjes natuur waar omheen gebieden liggen die qua boerengebruik nu tegen beperkingen aanlopen.”
Tutert is in elk geval blij dat er nu eerst naar de PAS-melders gekeken wordt. “Ze zitten al vanaf 2019 vast. Ik heb de verhalen gehoord. Die zijn schrijnend. Ze kunnen niks meer. Verkoop is niet mogelijk en een lening afsluiten al helemaal niet. Dan ben ik toch blij dat we piekbelasters gaan opkopen. Maar wat mij betreft geen gedwongen onteigening.” Minder blij is hij met de rol van het beruchte AERIUS-model. “Volgens mij is dat prima geschikt als basis voor Nederland, maar niet voor gebruik op plaatselijk niveau. Maar zo lang er geen beter alternatief is, moeten we er mee verder.”
We moeten ook echt wat doen aan de instandhouding van de natuur. Ja, in sommige gebieden gaat het hartstikke goed, maar in andere minder. Maar het gaat ook niet alleen om stikstof, het gaat ook om klimaat, water en het beheer. Wat dat laatste betreft, vind ik wel dat er veel meer controle op terreinbeheerders moet komen. Alles gaat altijd slecht; als het goed gaat, dan krijgen ze minder geld. Daar moeten we ook de vinger op zien te leggen.”
Maar, zo voegt hij toe: “De bal ligt nu allereerst bij het Rijk. Dit rapport van Remkes is ook maar een rapport. Het kabinet bepaalt uiteindelijk. Als er een goed kabinet met goede ministers had gezeten hadden we Remkes helemaal niet nodig gehad. Ik vind dat je het kunt zien als een brevet van onvermogen.”
Hij eindigt met een oproep: “We moeten er samen uit komen. Daarom vraag ik ook alle boeren om aan tafel te schuiven.”